Circulair

Circulair is een cirkelvormig, deel uitmakend van een kringloop, proces. Circulariteit staat voor producten die na gebruik dienen als grondstof voor nieuwe producten of materialen. Een bedrijf onderneemt bijvoorbeeld circulair wanneer het zich richt op waarde behoud van grondstoffen, onderdelen en producten. Het doel hiervan is te streven naar een wereld zonder afval.

Circulariteit in het proces

Bij circulariteit denkt men goed na over het volgende leven van een product of de onderdelen ervan. Het product wordt zo geproduceerd dat alle onderdelen als nieuwe grondstoffen ingezet kunnen worden. Hierdoor is een oud of gebruikt product geen afval maar nieuwe grondstof voor een nieuw product. Van alle grondstoffen is er maar een beperkte voorraad aanwezig op aarde. Bijvoorbeeld is er al 75% olie gewonnen van de beschikbare olie op de aarde. Daarnaast brengt het winnen van grondstoffen veel vervuiling met zich mee.

De circulaire economie

De circulaire economie is een economisch systeem waar geen afval meer bestaat. Hier zou dan ieder bedrijf aan bij moeten dragen. In de circulair industrieel systeem gebruikt men alle grondstoffen steeds opnieuw: minimaal gebruiken en maximaal hergebruiken van grondstoffen. Eindige grondstofvoorraden (zoals olie, gas en hout) worden niet uitgeput. En de energie voor een zuiver kringloop economie dient afkomstig te zijn van hernieuwbare bronnen zoals wind- en zonne-energie. Nederland wil bijvoorbeeld in 2050 volledig circulair zijn.

Circulair bouwen

Circulair bouwen is onderdeel van de circulaire economie. We spreken van circulair bouwen als bij de totstandkoming van een gebouw zo min mogelijk nieuwe grondstoffen zijn gebruikt. Ook wordt er gekeken naar de hoeveelheid vervuiling die heeft plaats gevonden. Men kijkt van ontwerp, tot bouw en exploitatie van het gebouw. Natuurlijke en herbruikbare bronnen zijn het streven en eindige grondstoffen dienen zo efficiënt mogelijk toegepast te zijn. Bij een sloop dienen gebruikte materialen gebruikt te worden. Daarnaast dient het gebouw zelfvoorzienend te zijn op het gebied van energie.

Materialenpaspoort voor gebouwen

Een belangrijk document bij circulair bouwen is het materialenpaspoort. Dit maakt (op de schroef na) inzichtelijk welke materialen gebruikt zijn bij de bouw en hoe ze zijn verwerkt in het gebouw. Ook geeft het de financiële waarde, levensduur en kwaliteit aan. Een materiaalpaspoort maakt het hergebruiken en terugwonnen van materialen bij demontage veel eenvoudiger. Op die manier is een gebouw ook daadwerkelijk circulair.

De geschiedenis van hergebruik

Circulariteit is al eeuwen oud. Organische stoffen, zoals mest, planten- en voedselresten werden al bij de eerste landbouwactiviteiten ingezet als bodemverbeteraar. Maar ook andere manieren van hergebruik bestaat al langer. Houtafval werd brandhout, oud metaal smelt men om tot nieuwe metalen, textiel afval gaat naar de papierfabricage en zo verder. Hergebruik van afvalstoffen is een zelfsprekende zaak in de geschiedenis.

Het verschil tussen Cradle to Cradle en Circulair

Hoewel beide processen zich richten op een duurzamer (her)gebruik van materialen en processen is er een verschil tussen het populaire Cradle to Cradle (C2C) en Circulair. Cradle to Cradle richt zich al op het productieproces van producten ,waarbij 100% van alle grondstoffen  opnieuw gebruikt kan worden. Circulariteit zich richt op het hergebruik van materialen op een zo’n optimale manier.